De nervus vagus is de tiende hersenzenuw en werd in 1540 voor het eerst beschreven. Darwin beschrijft de vagus in 1872 als de “pneumogastrische zenuw” (pneumo = de long betreffend; gastrisch = de maag betr.).
N. vagus verbindt de hersenen met het lichaam: hij ontspringt uit de medulla oblongata (het deel van hersenstam dat direct in verbinding staat met het ruggenmerg) en loopt naar de organen in het lichaam. De n. vagus is de langste hersenzenuw en vormt het belangrijkste deel van het parasympatische zenuwstelsel (dat samen met het orthosympatische zenuwstelsel het autonome zenuwstelsel vormt).
In tegenstelling tot wat lang werd gedacht, is de vagus vooral een voelende (sensorische) zenuw. Circa 80% van de zenuwvezels is namelijk afferent, (deze brengen informatie naar de hersenen toe), en ‘slechts’ 20% is sturend (motorisch) en loopt van de hersenen naar de organen toe (efferent).
De effecten van deze 20% motorische banen kunnen evengoed zeer dramatisch zijn. Zo kan de vagus binnen enkele seconden de hartslag ernstig vertragen, iets dat we soms zien bij extreme levensbedreiging, en dat een deel vormt van de overlevingsreactie (doen alsof je dood bent). Bij zuigelingen kan een té sterke vaguswerking zelfs leiden tot levensbedreigende bradycardie (lage hartslag) en ademstilstand (apneu).
Voor de duidelijkheid: bij stimulatie van de vagus vertraagt de hartslag. We noemen dit een inhiberende (remmende) werking. (Ik noem dit omdat veel mensen gevoelsmatig geneigd zijn andersom te denken.)
Neurowetenschapper Stephen Porges heeft veel onderzoek gedaan om de activiteit van de vagus te kunnen meten. Hij gebruikte hiervoor o.a. de hartritmevariabiliteit.
Porges’ onderzoek leidde uiteindelijk tot het ontstaan van de polyvagaaltheorie.
Fysiologische taken van de vagus
Samengevat kun je zeggen dat de functie van de vagus is om homeostase te ondersteunen, oftewel het in balans zijn van de lichaamsfuncties zodat het lichaam optimaal kan functioneren.
zorgt voor de diffusie van zuurstof vanuit de longen naar het bloed door regeling van de ritmische modulatie van de bloedstroom en de weerstand in de bronchiën (VV -> verwijding, alsmede een ritmisch meevariëren van de diameter van de bronchioli met de ademfrequentie; de DV -> vernauwing [is hier mogelijk een relatie met COPD?]);
innerveert spieren van de keel (pharynx en larynx) en regelt daarmee een groot deel van ons spraakvermogen;
heeft daarnaast invloed op de hartslag, spijsvertering (maag, lever, dunne darm, alvleesklier, het stijgende en dwarse deel van de dikke darm en de nieren);
veroorzaakt onze kokhalsreflex.
In onderstaand filmpje wordt in 2 minuten zo’n beetje alle functies van de n. vagus uitgelegd. Lekker compact dus!
Twee takken
Sinds het bekend worden van polyvagaaltheorie weten we dat n. vagus 2 takken heeft, een dorsale en een ventrale, die bij de PVT uitgebreid besproken worden. De ventrale tak is nauw verbonden met de hersenzenuwen N. V, VII, IX en XI, en is van groot belang voor ons sociale gedrag en verbondenheid.
Note to self: aangezien de 2 takken op verschillende plaatsen ontspringen, ze verschillend gebouwd zijn, deels verschillende trajecten door het lichaam hebben en 180 graden verschillende taken en functies, is het me niet geheel duidelijk waarom deze 2 takken niet als 2 aparte zenuwen gezien worden. Tegelijk kan ik me er wél iets bij voorstellen; door hun 180 graden verschillende functies zijn ze complementair. Maar N. XI zou je ook als complementair kunnen zien, en die is wél een aparte zenuw …
Dit artikel maakt deel uit van het Relaxicon op RelaxMore.net.